In 2024 vieren we het honderdjarig bestaan van de biodynamische beweging. De biodynamische landbouw is in 1924 ontstaan in Duitsland. De agro-industrie was in opkomst en een groep boeren en grootgrondbezitters maakte zich zorgen over de negatieve effecten van chemische meststoffen Ze constateerden een toename van ziektes en een verminderde veerkracht bij zowel dieren als planten. Zij benaderden Rudolf Steiner met de vraag of hij hen kon helpen bij een landbouw in samenhang met de natuur.
Rudolf Steiner nam de uitnodiging van de boeren aan. In 1924 gaf hij acht lezingen in het Poolse Koberwitz, die later onder de titel ‘Landbouwcursus’ zijn gepubliceerd. Boeren en tuinders gingen met deze aanwijzingen aan de slag. Ze observeerden en evalueerden hun praktijkresultaten, waardoor een vroege vorm van participatief onderzoek ontstond. Op basis van deze ervaringen, richtten zij in 1928 het merk Demeter op met de eerste Demeter-normen. Vanaf dat moment is de Demeter beweging internationaal gaan groeien. In 2022 waren er wereldwijd 7.000 biodynamische boeren die verspreid over 65 landen gezamenlijk 255.000 hectare met biodynamische landbouw bewerken.
Biodynamische landbouw speelt vaak een voorbeeldrol om de voordelen en meerwaarden van biologische landbouw aan te tonen. Zowel op het gebied van natuurontwikkeling (zoals aantallen weidevogels) en voedselkwaliteit (zoals de smaak van kazen) scoren biodynamische boeren en producenten hoog op wedstrijden, die uitgeschreven zijn door agrarische natuurverenigingen of horeca-evenementen.