Kringlooplandbouw bevordert het dierenwelzijn
Het gesloten landbouwsysteem, waar de biodynamische landbouw aan werkt, is bevorderend voor het dierenwelzijn. Neem bijvoorbeeld de biodynamische melkveehouders. Bij hen begint de kringloop met zoveel mogelijk weidegang, eigen voerteelt en stro in de stal. Ze sluiten de kringloop zoveel mogelijk door stromest uit de stal uit te brengen over het land, om zo de bodem vruchtbaar te houden. Omdat biodynamische melkveebedrijven geen gebruik maken van kunstmest en geïmporteerd veevoer worden ze door de overheid erkend voor hun bijdrage aan de vermindering van het stikstofprobleem. Weidegang, ruwvoer (hooi en kuilgras van eigen land) en een strobed sluiten het beste aan op de natuurlijke behoefte van de koe. Binnen het grotendeels gesloten landbouwsysteem is het aantal dieren op het boerenbedrijf in overeenstemming met de eigen beschikbare voederoppervlakte, soms uitgebreid met een te begrazen aangrenzend natuurgebied. Dat maakt de import van krachtvoer nagenoeg overbodig. Voor de dieren betekent dit dat ze zowel buiten als binnen veel leefruimte hebben, wat hun welzijn bevordert.
Problemen in de reguliere landbouw
De omgang met dieren in de biodynamische landbouw is in essentie een totaal andere weg dan die van de reguliere landbouw. Doordat de reguliere landbouw zich heeft gericht op een zo hoog mogelijke productie en zo laag mogelijke prijzen hebben ze een sector gebaard met veel dieren welzijns engezondheidsproblemen de bio-industrie. Het fijnstof, de mestoverschotten, mega-stallen en dierziekten ontwrichten ons landschap en vervuilen onze leefomgeving. Deze problemen reiken verder dan Nederland: ook in de landen waar op grote schaal het veevoer voor onze bio-industrie wordt verbouwd, worden de natuur en lokale voedselvoorziening ontwricht.