We staan als samenleving op een tweesprong. Blijven we hangen in zogenaamd ‘realisme’ of worden we ’realistisch’ in de ware zin van het woord en gaan we handelen vanuit de best beschikbare kennis om het leven op aarde te beschermen. Vanuit liefde voor het leven.
Het eerstgenoemde zogenaamde realisme is een vaak misbruikt begrip, dat als maatstaf de haalbaarheid binnen het bestaande systeem hanteert. Maatregelen en ideeën om te komen tot verduurzaming en bescherming van onze gezondheid, worden vanuit deze gedachte stelselmatig afgeschoten. Er is namelijk altijd een groep te vinden is in de samenleving die hier op korte termijn nadeel van ondervindt. Vliegtax, suikertax, kilometerheffing, aanpak stikstofproblematiek, verbod op chemische middelen, noem het maar op.
Bij de in eerste instantie financieel gedupeerden gaat de media gretig verhaal halen, de politiek durft het vervolgens uit electorale overwegingen niet aan en zwakt maatregelen af, of komt tot de zoveelste commissie of een nieuw convenant met partijen die vooral willen vertragen en stopt de plannen uiteindelijk helemaal in de ijskast. Met als gevolg dat we de doodlopende weg vervolgen en de almaar toenemende kosten voor het niet handelen afwentelen op de hele samenleving en volgende generaties. De zorgkosten worden onhoudbaar, de natuur bezwijkt en daarmee het fundament voor onze gezondheid en voedselzekerheid; de beschikbaarheid van schoon water, vruchtbare bodems en frisse lucht. Een ‘pathway to hell’ noemt de hoogste VN baas Guterres het ronduit.
Dat er bij het wel handelen ook nieuwe voordelen en kansen ontstaan, blijft helaas buiten beeld. We durven de stap naar een nieuwe volhoudbare en leefbare toekomst namelijk niet te zetten. Zo duiken we – geleid door populistische politici- uit angst om het beest in de bek te kijken, zelfs terug in een verlangen naar ‘vroeger’, naar een onrealistisch en niet meer bestaand verleden.
Nobody said it was easy
Realistisch worden we pas als we handelen naar de inzichten van wat nodig is om de klimaatcrisis en het verlies aan biodiversiteit een halt toe te roepen op een sociaalrechtvaardige manier. En dat kan. ‘Nobody said it was easy ’is strofe uit een songtekst van Coldplay. Maar het is wel onvermijdelijk.
In 1924, binnenkort 100 jaar geleden maakten een groep boeren en grootgrondbezitters zich al ernstig zorgen over de grootschalige introductie van chemie in de landbouw. Wat ging dat betekenen voor de bodemvruchtbaarheid? Voor de kwaliteit van het voedsel dat voortkomt uit deze bodems en daarmee voor onze gezondheid? Oprechte zorg vanuit waarneming en intuïtie, dat als je het leven in de bodem en op planten gaat beïnvloeden en bestrijden en opjagen met chemie (kunstmest en landbouwgif worden geproduceerd met behulp van veel fossiele brandstoffen) je de natuurlijke veerkracht van het totale levensweb ondermijnt. Het wetenschappelijk gelijk van deze vooruitziende boeren is inmiddels onweerlegbaar vastgesteld. Insecten sterven, water en lucht raken verontreinigd, de biodiversiteit in bodems en natuur hollen achteruit en ziekten als kanker en Parkinson rukken op.
Uit deze realistische grondhouding is de biodynamische landbouw voortgekomen en in de wereld gebracht. Vanaf het begin een gifvrije, grondgebonden, diervriendelijke, duurzame, natuurinclusieve en regeneratieve landbouw. Termen die helaas steeds vaker worden misbruikt. Onze boeren zeggen niet dat ze de enige waarheid in pacht hebben, maar ze laten elke dag zien dat je zonder chemie hoogwaardig voedsel kunt telen. Deze route verdient daarom veel meer onderzoek en ondersteuning zodat steeds meer boeren deze stap kunnen zetten en zich verder kunnen ontwikkelen. Je kunt bodems zo verzorgen dat de bodemvruchtbaarheid in tact blijft of zelfs wordt verbeterd. HET KAN DUS!. En je kunt de producten van de biodynamische boeren herkennen en kopen in de winkel. Met het Demeter keurmerk.
Ondertussen laat de politiek zich nog altijd leiden door de lobby van de agro-industrie om door te gaan met een chemische oorlogsvoering tegen het leven. Met ‘welvaartsziekten’ als gevolg, die dan door de farmaceutische industrie gretig worden bestreden met pillen en poeders. De pharma aandeelhouders zijn al steenrijk geworden middels patenten op stoffen die vaak van oorsprong uit de wilde natuur voortkomen, gratis gebruik makend van eeuwenoude kennis van inheemse volken. Nu is de agro –industrie hetzelfde aan het proberen met patenten op eigenschappen van planten die ze middels genetische modificatie in zaadgoed inbrengen om zo het totale voedselsysteem in handen te krijgen. Niet ingezet om de ‘cycle of life’ te dienen, maar primair als verdienmodel voor aandeelhouders en veelal leidend tot een ‘cycle of destruction’.
Wakker worden
Lef en politiek leiderschap om te kiezen voor bescherming van het leven is keihard nodig en om de kosten daar te leggen waar ze thuishoren. Daarvoor is het nodig dat steeds meer burgers zich uitspreken tegen het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de landbouw en tegen een steeds verdergaande dominantie van agro- multinationals in zaadgoed en chemie. Meer weten of ook in actie komen? Wordt wakker en kijk op www.mijnetenmijnkeuze.nl
Bert van Ruitenbeek, directeur Stichting Demeter
Demeter is het kwaliteitskeurmerk voor biodynamische landbouw en voeding